Uitdaging:
Het afvalwater van een frisdrankfabriek heeft te kampen met extreme pH waarden. In de gebruiksvergunning van de omgevingsdienst staat echter dat het bedrijf zorg moet dragen voor een pH tussen de 6 en 9. Echter als er een reiniging met loog is geweest zal de pH tot wel 13 kunnen stijgen en als er een tank uitgespoeld wordt kan de pH wel dalen tot 4.
Je kunt met zuur de pH omlaag krijgen en met bijvoorbeeld loog de pH omhoogkrijgen, maar je wilt op het buitenterrein eigenlijk geen chemie plek bij maken.

Oplossing:
Er is een zogenaamde neutralisatietank bij de put van het afvalwater geplaatst. Dat is een grote bak met 2 compartimenten. Het grootste deel is de neutralisatietank, en een klein deel is de loogbuffer. Naast de tank staat een rack met CO2 cilinders. In de neutralisatietank is een circulatiepomp geplaatst die de tank ‘roert’.
Als er afvalwater met een te hoge of te lage pH komt wordt dit de neutralisatietank ingepompt. Als de pH hoger is dan 11 wordt dit naar de loogbuffer gepompt.
Als er een hoge pH in de tank zit wordt er af en toe in de circulatieleiding van de tank een shot CO2 toegevoegd. CO2 is een zuur gas wat zich makkelijk bindt met vloeistof en geen chemie is. Door het toevoegen van de CO2 zal de pH gaan dalen. Als de pH is gedaald tot onder de 10, of als de pH in de put flink gedaald is en met toevoeging van de hoge pH uit de tank niet boven de 10 pH uitkomt, wordt de tank bijgesoupleerd.
Als de pH in de tank laag is en er zit vloeistof met een hoge pH in de loogbuffer, wordt dat in de tank gepompt en zal de pH stijgen. Als de pH boven de 6 komt of als de pH in de put flink gestegen is en met toevoeging van de lage pH uit de put boven de 6 blijft, wordt de tank bijgesoupleerd.

Gevolg:
De uiteindelijke pH die op het riool geloosd wordt komt zelden meer buiten de toegestane waarden. Boetes blijven daardoor uit en er worden geen chemicaliën voor gebruikt.

Terug naar het overzicht